Verwerkingsstappen
1. Baan aanbrengen
Baan evenwijdig aan de dakvoet uitrollen en op een afstand van 10-15 cm in het overlappingsbereik (tegen vocht beschermd) bevestigen met min. 10 mm brede en min. 8 mm lange verzinkte tackernieten.
Baan ca. 4 cm over aangrenzende bouwelementen heen leggen, zodat hier later een winddichte aansluiting mogelijk is.
2. Banen overlappen
De banen elkaar ca. 10 cm laten overlappen.
De opgedrukte markering dient daarbij als oriëntatie.
3. Overlapping verlijmen
Ondergrond reinigen (droog, stof-, siliconen- en vetvrij) en evt. verlijmingstest uitvoeren.
Systeemtape TESCON VANA centrisch op de overlapping positioneren en stap voor stap onbelast en plooivrij verlijmen.
Stevig aanwrijven met pro clima PRESSFIX.
Let op dat er voldoende tegendruk is.
3a. connect-verlijming
Het verlijmen van de baanoverlapping gebeurt bij connect-banen aan de hand van de twee geïntegreerde zelfklevende strips.
3b. connect-verlijming
Stevig aanwrijven met pro clima PRESSFIX.
Let op dat er voldoende tegendruk is.
4a. Uitvoering van de nok / hoekkeper
Leid bij volledig geïsoleerde dwarsdoorsneden de banen over de nok/graat en bevestig deze met klemmen in het gebied van de contralat.
De overlapping met de daaronder liggende baan moet minimaal 10–15 cm zijn.
4b. Uitvoering van de nok / hoekkeper
Vervolgens luchtdicht verlijmen met systeem-tape TESCON VANA.
Als alternatief kan er een brede strook
TESCON VANA over de nok worden verlijmd.
Stevig aanwrijven met pro clima PRESSFIX.
Let op dat er voldoende tegendruk is.
5. Aansluiting dakvoet
Leid de baan op de gootplaat resp. gootstrook en verlijm deze plooivrij met de geïntegreerde, zelfklevende zone (bij connect-banen), de dubbelzijdige kleefband DUPLEX of de systeemtape TESCON VANA.
6a. Aansluiting op ruwe of minerale ondergronden
Breng op ruwe muurkappen eerst een effen cementering aan.
Reinig de ondergrond.
Breng een lijmrups (min. d = 5 mm) van systeemlijm ORCON F aan.
6b. Aansluiting op ruwe of minerale ondergronden
Plaats de baan met een uitzettingslus en druk deze zachtjes in de ORCON lijm (niet platdrukken).
7. Aansluiting dakvenster
Sluit MENTO banen aan op gladde oppervlakken, zoals dakramen, schoorstenen, buizen en andere dakinbouw-componenten, aan de hand van systeemtape TESCON PROFECT of met de universele tape TESCON VANA.
8. Montage van een gootje voor waterafvoer
Boven het dakinbouwelement een lat met zijdelingse afschuining en met TESCON VANA op de baan verlijmen.
Voer het gootje voor waterafvoer zodanig uit dat vochtigheid door een onderbroken contralat naar het volgende, aangrenzende veld zonder dakinbouwelement wordt geleid.
9. Nageldichting
Voor het realiseren van een blijvende afdichting moet de nageldichtingsband TESCON NAIDECK tussen de tengellatten en de MENTO baan worden ingebouwd.