Middelzware onderdakfolie met geïntegreerde watervaste tape

Voordelen

  • Beste bescherming voor de constructie: hoogste hagelweerstand conform ETA-23/0532 en VKF met hagelweerstandsklasse HW 5
  • Betrouwbare toepassing: bij ≥ 10° dakhelling als onderdakfolie met geïntegreerde watervaste tape met extra nageldichtingsmateriaal TESCON NAIDECK op stevige ondergronden (ETA-23/0532)
  • Effectieve verwerking: bij ≥ 14° dakhelling als onderdakfolie met geïntegreerde watervaste tape zonder extra nageldichtingsmateriaal (ETA-23/0532)
  • Snel waterdicht: met extra aansluitstrook tegen optrekkend vocht op de geïntegreerde connect-tape in de lengterichting van de folie
  • Flexibele bouwplanning: 4 maanden weerbestendig
  • Langdurige bescherming: hoogste verouderingsbestendigheid en thermische stabiliteit dankzij de functionele membraan
  • Betrouwbaar tijdens de bouwfase: geschikt als tijdelijke afdekking

Toepassing

Geschikt als dampopen onderdakfolie op beschot, houtvezelonderdakplaten en alle isolatiematerialen, incl. inblaasisolatie, voor het waterbestendig afdichten van overlappingen en nagelperforaties onder de tengellatten.

Verwerkingsaanwijzingen

Randvoorwaarden

SOLITEX QUANTHO 3000 connect folie dient met de bedrukte zijde naar de toepasser wijzend te worden aangebracht. Ze wordt strak en zonder doorhangen horizontaal (parallel aan de dakvoet) als onderdakfolie gelegd.

Onderdakfolie    De dakhelling moet minimaal 14° zijn. Neem hierbij nationale voorschriften in acht. Bij toepassing als onderdakfolie op vlakke ondergronden. Bij de uitvoering met naad- en tengelbescherming moeten de randvoorwaarden in de verwerkingsaanwijzingen evenals ETA-23/0532 in aanmerking worden genomen.    Bij toepassing als onderdakfolie bedraagt de afstand tussen de spanten maximaal 100 cm.

Waterdicht onderdak    Bij toepassing als waterdicht onderdak met een dakhelling van ≥ 10° moet de folie worden aangebracht op vlak beschot dat het hele oppervlak beslaat of op een drukbestendige ondergrond. SOLITEX QUANTHO 3000 connect ligt onder de tengel. Tussen de folie en de tengel is nageldichtband (bijv. TESCON NAIDECK) aangebracht.      Er mogen geen bevestigingsmaterialen worden gebruikt op plaatsen waar verzameld water wegstroomt (bijv. in killen).

Allgemeen
Op niet geïsoleerde, niet verbouwde zolderverdiepingen dient een nokventilatie te worden geïnstalleerd. Laat daarvoor de SOLITEX folie 5 cm voor de nok eindigen. Bovendien dient de onverbouwde zolderverdieping te worden voorzien van permanent werkende ventilatiesystemen. De folies moeten dan tegen permanente uv-straling worden beschermd (bijv. door het verduisteren van ramen).

De onderdakfolie kan maximaal 4 maanden als tijdelijke afdekking worden gebruikt om de constructie tijdens de bouwfase te beschermen volgens de eisen van de Duitse unie van dakdekkersbedrijven (download: pro clima ZVDH brochure in het Duits). Verder moeten de systeemcomponenten TESCON NAIDECK nagelafdichtingsband, ORCON F aansluitlijm en TESCON VANA worden gebruikt voor het verlijmen van overlappingen resp. aansluitingen.
De connect-varianten beschikken over twee zelfklevende zones voor een betrouwbare buitenafdichting. Bij het aanbrengen en verlijmen moeten de voorschriften van de Duitse unie van dakdekkersbedrijven (ZVDH) in acht worden genomen.

Aanvullend advies voor inblaas­isolatie
SOLITEX MENTO PLUS kan ook als afsluitende laag voor allerlei soorten inblaas­isolatie dienen. Een wapening zorgt voor een geringe rek bij het inblazen.
Het tengelwerk dient vóór het inblazen te zijn aangebracht. Om te waarborgen dat vocht onder de dakbedekking in het midden tussen de spanten wordt afgevoerd, moet er in het midden van het veld aan de panlatten een 'zwevende' lat worden aangebracht. Deze moet minimaal 1 cm dikker zijn dan de tengellatten. Ze voorkomt dat de folie bij het inblazen te veel wordt opgerekt en zorgt voor de noodzakelijke ventilatie.

Als de isolatie van buiten wordt ingeblazen, kunnen de inblaasgaten met de 15 cm brede TESCON VANA worden verlijmd.